Laaggeletterdheid in de praktijk – Samenwerking

Nauwere samenwerking tussen huisartsen, apothekers en wijkverpleegkundigen rond laaggeletterdheid verhoogt therapietrouw en verantwoord medicijngebruik.

Waarom is samenwerking zo belangrijk?

  • Sneller herkennen van laaggeletterden.
  • Betere gesprekken tussen zorgverlener en laaggeletterde cliënt.
  • Hulpmiddelen ter ondersteuning van gesprek.
  • Betere samenwerking tussen apotheekteam, huisartsenpraktijk, en wijkverpleegkundige.
  • Werkplezier voor zorgverleners en tevreden klanten.
  • Afname van onveilig medicatiegebruik.

Registreren laaggeletterdheid in HIS (voor huisartsen) en AIS (voor apothekers)

Huisartsen registreren laaggeletterdheid met de ICPC-codeZ07.1  Bij problemen met de Nederlandse taal ook met Z04.

Instructie huisartsen

  • Z07.1 (analfabetisme): gebruiken voor laaggeletterdheid. In tekst omschrijving op E-regel en episode aanpassen.
  • Z04 (sociaal-cultureel probleem): gebruiken voor taalbarrière. In omschrijving op de E-regel en episode aanpassen.
  • Is er sprake van laaggeletterdheid én een taalbarrière: beide coderingen gebruiken.

Instructie apothekers

  • Pharmacom: vink het aandachtspunt ‘laaggeletterdheid’ aan.
  • MIRA: zie instructie
  • HIX: als patiëntkenmerk (eventueel met spionregel/popup) vastleggen of met een vragenlijst in het dossier.
  • Apro.

Adviezen voor het uitwisselen van informatie over laaggeletterde patiënten

FTO laaggeletterdheid

FTO-online en Pharos ontwikkelden een publicatie die gebruikt kan worden voor een farmacotherapeutisch overleg tussen huisartsen en apothekers.

Afspraken tussen huisarts en apotheker

  • Noteer een extra regel op het recept. Gebruik bijvoorbeeld ETT – extra therapietrouw of de ICPC-code. Maar daarover goede afspraken in het FTO. Let op! Vraag toestemming aan de patiënt.
  • Neem laaggeletterdheid mee in het regulier overleg tussen de huisarts en apotheker en/of als agendapunt in het FTO.
  • In een pilotproject hebben de deelnemende huisartsen en apothekers goede ervaringen met het regelmatig over en weer doorgeven van patiënten van wie vaststaat dat ze moeite hebben met lezen en schrijven.

Afspraken tussen huisarts/apotheker en andere eerstelijns zorgverleners

  • Bespreek in het FTO op welke manier de wijkverpleegkundige betrokken kan worden bij registratie en uitwisseling. De wijkverpleegkundige kan het BEM-formulier van het IVM gebruiken (Beheer Eigen Medicatie). Aan het formulier zijn explicieter dan voorheen vragen toegevoegd rond laaggeletterdheid.
  • Spreek met de wijkverpleegkundige af dat hij/zij laaggeletterdheid doorgeeft aan de apotheek en huisartsenpraktijk. En registreer de patiënten ook in het HIS en AIS.

Afspraken tussen huisarts en tweedelijn

Vermeld in de verwijsbrief dat de patiënt laaggeletterd is of behoefte heeft aan duidelijke en eenvoudige uitleg. Vraag daarvoor wel toestemming van de patiënt. Laaggeletterden zelf geven aan dit plezierig te vinden. Bekijk de video:

Meer informatie

Laaggeletterdheid en beperkte gezondheidsvaardigheden

Naar boven