Hoe Rutgers, expertisecentrum seksualiteit, zorgt voor inclusief onderzoek

Interview met Marianne Cense, senior onderzoeker bij Rutgers

Co-onderzoekers uit de groep die je wilt onderzoeken verhogen zowel het bereik als de kwaliteit. Dat ondervond Marianne bij een onderzoek onder vluchtelingen.

Dankzij onze co-onderzoekers hebben we een heel diverse groep bereikt van vrouwen én mannen met een vluchtelingenachtergrond. Bovendien hebben de co-onderzoekers de kwaliteit van het onderzoek verbeterd.

Marianne Cense

Marianne leidde een onderzoek naar opvattingen en behoeften van vluchtelingen rond gezinsplanning. Ze werkte samen met Pharos en met vier zelforganisaties van vluchtelingen. De zelforganisaties droegen acht co-onderzoekers aan, sleutelpersonen met wortels in Afghanistan, Eritrea, Somalië en Syrië.

Verschillende stemmen

Rutgers hecht veel waarde aan diversiteit en inclusie, vertelt Marianne. Daarom kregen de co-onderzoekers een grote rol. “Ze hielpen deelnemers te bereiken en deden de meeste interviews. Maar ze dachten ook mee over de onderzoeksvragen, de aanpak en de analyse. Na de afronding gaven ze samen met ons trainingen en voorlichting over de resultaten.”

We vinden het belangrijk dat je verschillende stemmen hoort. Daarmee doe je recht aan de verschillende ervaringen, behoeften en manieren waarop mensen dingen beleven.

Marianne Cense

Samen oefenen

Het project duurde vier jaar. “Een randvoorwaarde voor werken met co-onderzoekers is dat je genoeg tijd hebt. En dat je ze voor hun tijd kunt betalen.” In de eerste fase kregen de co-onderzoekers een uitgebreide training over ethiek en interviewtechnieken en reflecteerden ze op hun eigen normen rondom gezinsplanning. Ook oefenden ze samen interviews. “Daardoor gingen ze zelf ook praten over zaken als kinderwens en voorbehoedsmiddelen. Dat verlaagde de drempel om er tijdens interviews naar te vragen. Ze vormden hierdoor ook echt een groep.”

Lastige onderwerpen

De interviewvragen werden op advies van de co-onderzoekers minder direct geformuleerd. Tijdens het oefenen werd ook duidelijk wat lastige onderwerpen zijn. “Dat is waardevol, omdat we op basis van het onderzoek adviezen geven aan hulpverleners en voorlichters. Zij komen ook voor de situatie te staan dat mensen het moeilijk vinden te praten over bepaalde onderwerpen.”

Omgaan met taboes

In de interviewfase kwam de groep geregeld samen voor intervisie. Ook daarin ging het vaak over omgaan met taboes. Een belangrijke les is: neem de tijd.

Je moet het gesprek langzaam opbouwen. Dat snapten deze co-onderzoekers heel goed. Er was bijvoorbeeld een jonge man die zich in een interview erg op de vlakte hield. De week erna kwam hij terug en wilde hij toch wel meer vertellen. Je moet dus ook de deur openhouden.

Marianne Cense

Een andere tip is toelichten waarom je deze gevoelige vragen stelt. “De co-onderzoekers konden heel goed uitleggen: het helpt onze community als we weten wat mensen nodig hebben en wat er misgaat in de communicatie met voorlichters en zorgverleners.”

Uitkomsten interpreteren

De co-onderzoekers hielpen vervolgens de uitkomsten te interpreteren. Zoals het feit dat veel geïnterviewden zeiden genoeg te weten over seks en voorbehoedsmiddelen. “Dat verbaasde ons, omdat ze uit landen komen waar geen relationele en seksuele vorming is op school en er een taboe op rust. De co-onderzoekers zeiden: ‘Het betekent niet altijd dat ze inderdaad genoeg weten. Mensen weten soms niet wat er allemaal is en kan. Ze denken: ik kan condooms kopen, dus ik weet het wel.’”

Respectvolle bejegening

Het onderzoek heeft waardevolle inzichten opgeleverd. Een eyeopener is dat de omstandigheden in Nederland minstens zoveel invloed hebben op gezinsplanning als culturele opvattingen. “Mensen hebben hier geen geld, geen huis, geen grote familie die ze helpt. Iemand zei: ‘Ik wilde tien kinderen, maar in Nederland heb ik mijn handen vol, dus ik hou het bij vier.’” De allerbelangrijkste bevinding is dat respectvolle bejegening cruciaal is.

Vaak zijn er aannames: een moslima met een hoofddoek zal thuis wel minder voor haar wensen opkomen. Maar dat is vaak helemaal niet zo. De grote oproep is dan ook: onderzoek je aannames en stel je open op. Met een goede bejegening, waarbij je iemand echt ziet en ruimte geeft, kom je samen wel een stap verder.

Marianne Cense

Tips van Marianne

  • Neem bij de start veel tijd voor teambuilding en training.
  • Werf voldoende co-onderzoekers voor diversiteit. “De één is goed in een veilige sfeer maken, de ander in interviewen of analyseren. Daarbij helpen mensen elkaar.”
  • Betrek co-onderzoekers bij het hele project, inclusief de verspreiding van de resultaten. “Dat bevordert hun empowerment, maar ook de geloofwaardigheid van het project.”

Naar Inclusief onderzoek

Naar boven