In Nederland wonen naar schatting bijna 41.000 vrouwen die zijn besneden

Factsheet
Aanpak vgv – de rol van gemeenten
Sinds 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld. Daarmee is ook het voorkomen van vrouwelijke genitale verminking (vgv) een taak van gemeenten. Er bestaat al jaren een Nederlandse ketenaanpak van preventie van vgv, het bieden van zorg aan vrouwen die een besnijdenis hebben ondergaan en wetshandhaving op dit vlak. Het is van belang dat gemeenten hun rol in de aanpak van deze specifieke vorm van huiselijk geweld en kindermishandeling actief vormgeven. Deze factsheet geeft daar een aantal handvatten voor.
Definitie
Vrouwelijke genitale verminking (vgv) is een ingreep aan de uitwendige vrouwelijke geslachtsorganen zonder medische noodzaak. Vgv is strafbaar als vorm van (kinder)mishandeling en huiselijk geweld (artikel 284-285, 300- 304, 307, 308 Wetboek van Strafrecht).
Vgv vindt meestal plaats tussen het vierde en twaalfde levensjaar. Maar op een aantal plekken wordt een paar dagen na de geboorte al besneden. Ook tot vlak voor het huwelijk kan vgv plaatsvinden. Soms vindt na een bevalling herbesnijdenis plaats.
Mogelijke gevolgen tijdens en na de ingreep zijn: extreme pijn, overmatig bloedverlies, kans op infectie (abcesvorming, hepatitis, hiv of tetanus), shock, overlijden.
Mogelijke gevolgen op lange termijn: complicaties rondom bevalling, menstruatieklachten, chronische pijnklachten, chronische urineweg/vaginale infecties, psychosociale klachten, seksuele klachten.
Vgv in Nederland
Naar schatting lopen 4.200 meisjes de komende 20 jaar risico op besnijdenis
Op 1 januari 2018 wonen in Nederland naar schatting bijna 41.000 vrouwen die zijn besneden. Het grootste deel van hen (82%) komt uit Somalië, Egypte, Ethiopië, Eritrea, Soedan en de Koerdische autonome regio in Irak. Ongeveer 15.000 vrouwen hebben naar schatting de meest ingrijpende vorm van VGV ondergaan.
Naar schatting lopen 4.200 meisjes de komende 20 jaar risico op besnijdenis. Verschillende determinanten beïnvloeden het risico voor meisjes om besneden te worden. Hierbij moet worden opgemerkt dat het risico voor een deel van de meisjes pas echt reëel wordt wanneer zij het land van herkomst bezoeken.
Deze cijfers zijn afkomstig uit het onderzoek ‘Vrouwelijke Genitale Verminking – Omvang en risico in Nederland’ uitgevoerd door Pharos in 2019.
Rol van gemeenten bij preventie en zorg vgv
De bovenstaande cijfers laten zien dat aandacht voor preventie van vgv en zorg voor vrouwen die besneden zijn, onverminderd belangrijk blijft in Nederland. De Nederlandse ketenaanpak bestaat uit een combinatie van preventie, zorg en wetshandhaving. De ketenaanpak dient voortdurend onderhouden en gemonitord te worden. Gemeenten kunnen een actieve rol innemen in het toezien op deze ketensamenwerking. Zij zijn immers verantwoordelijk voor de aanpak van kindermishandeling. Zij zijn er ook verantwoordelijk voor dat het basispakket JGZ beschikbaar is en actief wordt aangeboden aan alle kinderen en jongeren tot 18 jaar. De GGD is de aangewezen partij om preventie en zorg rondom vgv in gemeenten te coördineren. In bijna alle regio’s wordt de coördinatie door een van de afdelingen van de GGD geregeld.
De Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling is een belangrijk instrument voor gemeenten om huiselijk geweld en kindermishandeling en dus ook vgv op de agenda te zetten. Gemeenten kunnen organisaties vragen te rapporteren over het aantal casussen waarin vgv een rol speelt.
Borging
Voor borging van de aanpak is het belangrijk dat gemeenten het thema vgv opnemen in de portefeuille van de beleidsmedewerker huiselijk geweld en kindermishandeling.
Ook is het aan te raden vgv op te nemen in de regiovisie huiselijk geweld en kindermishandeling. Als dat in de eerste regiovisie niet is gebeurd dan kan het thema benoemd worden in de geactualiseerde regiovisie.
Daarnaast is het belangrijk om vgv te benoemen in de opdracht aan de GGD, bijvoorbeeld in het pluspakket.
Bij de verantwoording van de GGD aan de gemeente over de activiteiten van afgelopen jaar dient vgv expliciet genoemd te worden.
Financiën
De bedragen die door gemeenten worden besteed aan de aanpak vgv zijn zeer divers en hangen af van de opdracht die gegeven wordt aan de GGD.
Gemeenten hebben verschillende instrumenten om de regierol in de aanpak van vgv in te vullen.
Cijfers
CBS levert jaarlijks per gemeente cijfers over aantallen inwoners met herkomst uit risicolanden voor vgv. Gemeenten/GGD’en kunnen deze gegevens opvragen bij Pharos. Hiermee wordt duidelijk wat de omvang en herkomst van de risicogroep is. De gemeente kan de cijfers ook uit de Wet basisregistratie personen in de eigen gemeente halen. Gebruik hierbij de lijst met risicolanden voor vgv.
Veilig Thuis
Ziet toe op de deskundigheid m.b.t. tot vgv, het toepassen van het handelingsprotocol vgv en gebruik van de Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling voor dit onderwerp. Bij ieder Veilig Thuis is een aandachtsfunctionaris vgv, meestal een van de vertrouwensartsen.
Bij de verantwoording van Veilig Thuis aan gemeenten over het afgelopen jaar is het belangrijk vgv als aparte categorie op te nemen. Vraag Veilig Thuis te rapporteren hoeveel casussen er afgelopen jaar waren waarbij vgv mogelijk een rol speelde.
GGD
VGV kan benoemd worden in de opdracht aan de GGD. Dit zorgt voor een goede borging. Geef bijvoorbeeld de GGD opdracht om:
- Een regionaal netwerk tot stand te brengen en te onderhouden waarin professionals die betrokken zijn bij de preventie en signalering van vgv samen komen (bv JGZ, Veilig Thuis, politie, verloskundige). Zoek eventueel aansluiting bij reeds bestaande netwerken van huiselijk geweld en kindermishandeling. Laat GGD’en in verschillende regio’s samenwerken bij het tot stand brengen van een netwerk. Een sociale kaart is nodig om te zorgen dat het netwerk op de hoogte is van de beschikbaarheid van ketenpartners.
- Een netwerk van sleutelpersonen uit de doelgroep op te zetten, in stand te houden en de inzet te coördineren. In alle gemeenten spelen sleutelpersonen een belangrijke rol. Voorlichting en ondersteuning in eigen taal en cultuur is van wezenlijk belang in de aanpak van vgv.
- Preventieve aandacht voor aanvang van langere vakantieperiodes te intensiveren. Dit gebeurt in diverse gemeenten. Veel GGD’en sturen een brief naar scholen, huisartsen en JGZ locaties om extra alert te zijn op risico op vgv in de vakantieperioden. Stimuleer ook afstemming en samenwerking tussen de afdeling reizigersvaccinatie en JGZ.
Meer informatie over de preventieactie vgv rond de vakantieperioden.
Zorg
- Geef bekendheid aan het dichtstbijzijnde spreekuur voor vrouwen met VGV. Denk hierbij in ieder geval aan het informeren van huisartsen en verloskundigen.
- Faciliteer als gemeente een spreekuur voor besneden vrouwen. Spreekuren zijn op verschillende manieren opgezet:
- door gespecialiseerde sleutelpersonen, zonder een fysiek spreekuur, die de vraagverheldering doen van besneden vrouwen met betrekking tot zorgbehoeften. De sleutelpersonen zijn als vrijwilligers aangesloten bij een GGD of CJG-organisatie;
- door gespecialiseerde artsen en/of verpleegkundigen die bij het spreekuur werken op een GGD-locatie;
- door gespecialiseerde artsen en/of verpleegkundigen in dienst van de GGD die in samenwerking met en vanuit een ziekenhuis werken.
- Zorg dat er sleutelpersonen uit de eigen doelgroep beschikbaar zijn die een rol kunnen spelen in de toeleiding van vrouwen naar de spreekuren. Kennis over gezondheidszorg is hierbij heel belangrijk. Hier zijn goede ervaringen mee opgedaan in Rotterdam en Den Haag.
Bekijk het actuele overzicht van de spreekuren.
Voorlichting
- Faciliteer groeps-en individuele voorlichting in de gemeente. Dit kan op verschillende manieren. Sommige gemeente sturen jaarlijks alle nieuwe inwoners die uit een risicoland komen een brief met informatie over vgv en de strafbaarheid daarvan in Nederland. In diverse regio’s worden groepsvoorlichtingen georganiseerd zowel voor mensen uit de doelgroep als voor zorgprofessionals. Sleutelpersonen worden hier vaak bij betrokken.
- Stimuleer groeps-en individuele voorlichting op asielzoekerscentra. GGD GHOR Nederland, Rutgers en Pharos hebben de handleiding ‘Wijzer in de Liefde’ ontwikkeld voor seksuele voorlichting aan nieuwkomers. Bijeenkomst 7 is toegespitst op meisjesbesnijdenis.
Jeugdgezondheidszorg (JGZ)
De JGZ werkt al jarenlang actief aan de preventie van vgv. Sinds 2011 is dit officieel beleid verwoord en uitgewerkt in het Standpunt JGZ. De screening en het signaleren van het risico op dreiging van vgv maakt sinds 2015 onderdeel uit van het Basispakket JGZ. Bij iedere JGZ-organisatie dient een aandachtsfunctionaris vgv aangewezen te worden.
- Pharos beheert een geaccrediteerde e-learning over vgv voor (nieuwe) medewerkers JGZ.
- Stimuleer deskundigheidsbevordering via de e-learning module en training.
- Stimuleer registratie van de risicotaxaties die de JGZ uitvoert in het digitale dossier. Vraag eenmaal per jaar de uitkomsten op van risicotaxaties.
- Laat de beleidsmedewerker aanpak kindermishandeling en/of gezondheidszorg jaarlijks gesprekken voeren met JGZ over vgv.
Sleutelpersonen vgv
Sleutelpersonen vgv zijn mannen en vrouwen afkomstig uit landen waarin vgv voorkomt. Zij zijn getraind om vgv bespreekbaar te maken met mensen in de doelgroep. Dit doen zij in individuele gesprekken maar ook in
huiskamersetting en groepsbijeenkomsten. Zij kunnen professionals (bijv. van Veilig Thuis en JGZ) ondersteunen in hun contact met ouders. Sleutelpersonen spelen een cruciale rol, zowel in de preventie van vgv als in de toeleiding naar zorg. Lees hier meer over het werk van sleutelpersonen.
Sleutelpersonen zijn te bereiken via Federatie Somalische Associaties Nederland (FSAN). FSAN traint en beheert een netwerk van sleutelpersonen uit verschillende Afrikaanse landen, bijvoorbeeld uit Eritrea, Egypte en Sierra Leone. Deze sleutelpersonen zijn vaak aangesloten bij lokale zelforganisaties. Er zijn in bijna alle regio’s in Nederland actieve sleutelpersonen. De invulling van die rol is verschillend en hangt af van de wens van de gemeenten en de wijze waarop de GGD’en de sleutelpersonen inzet.
Wat doet Pharos op het gebied van vgv?
Pharos is landelijke expertisecentrum vrouwelijke genitale verminking. Pharos zet zich in voor de preventie van vgv en voor goede zorg voor vrouwen die besneden zijn. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met groepen uit de risicolanden, professionals (GGD, Veilig Thuis e.a.) en een internationaal netwerk. Tevens kunnen professionals en vrouwen terecht bij het Focal Point Meisjesbesnijdenis voor vragen of advies over vgv: focalpointmeisjesbesnijdenis@pharos.nl.
Pharos
- geeft advies bij casuïstiek
- traint professionals
- ontwikkelt voorlichtings- en lesmateriaal
- organiseert expertmeetings en studiedagen
- stimuleert en initieert onderzoek op dit thema
- organiseert en faciliteert een landelijk netwerk van regionale (GGD) projectleiders
- draagt bij aan de ontwikkeling van (inter)nationale protocollen en richtlijnen
- ondersteunt gemeenten in het vormgeven van de preventieve aanpak op vgv
6 februari is internationale Zero Tolerance Day tegen vrouwelijke genitale verminking. Elk jaar organiseert het platform 6/2 een bijeenkomst op deze dag om meer bekendheid te geven aan VGV en discussie te voeren over de wijze waarop vgv bestreden kan worden. Platform 6/2 is een samenwerkingsverband tussen Defence for Children, Federatie Somalische Associaties Nederland (FSAN), Plan Nederland en Pharos.