Datum

Meer migranten sterven tijdens corona-epidemie – inclusief onderzoek nodig

Datum

Het coronavirus discrimineert niet, maar nu Nederland de eerste golf van besmettingen heeft gehad, zien we dat sommige groepen in de samenleving onevenredig hard getroffen worden. De coronacrisis leidt tot een grotere kloof tussen arm en rijk. Met als gevolg dat ook de sociaaleconomische en etnische gezondheidsverschillen tussen arm en rijk verder kunnen toenemen. Zoals we ook in andere landen zien gebeuren.

In Nederland is de relatieve oversterfte onder mensen met een migratieachtergrond zo’n 10% hoger dan onder mensen met een Nederlandse achtergrond. Dat blijkt uit cijfers van het CBS over de eerste zes weken van de corona-epidemie. Er zijn veel signalen dat groepen in sociaal ongunstige situaties, zoals mensen in armoede, daklozen, gevangenen en verslaafden steeds meer problemen ondervinden door de coronamaatregelen. In het geweld van miljardenmaatregelen en grote gebaren krijgen deze mensen weinig aandacht en worden zij nog verder naar de rafelranden van onze samenleving gedrongen. We moeten deze grote groepen burgers nu weer terug in beeld brengen.

#Blijfthuis is geen optie

We weten nog niet precies waarom mensen met een migratieachtergrond in Nederland een grotere kans hebben om te overlijden tijdens de coronacrisis. Wetenschappelijk onderzoek naar de oorzaken is cruciaal. Van etnische minderheden in de VS en het Verenigd Koninkrijk is inmiddels bekend dat zij vaker een corona-infectie oplopen en na besmetting een grotere kans hebben op complicaties. Het ligt voor de hand dat sociaaleconomische omstandigheden hierbij een grote rol spelen.

Huisvesting en leefomstandigheden beïnvloeden risico’s op besmetting. (Arbeids)migranten zijn vaak slecht gehuisvest, met meerderen in huisjes op vakantieparken, of met meerdere generaties in een te kleine woning. Armoede en sociale ongelijkheid hangen vaak samen met werk dat niet vanuit huis kan worden gedaan en met omstandigheden waarin extra beschermingsmaatregelen niet mogelijk zijn. Een groot deel van de migranten in Nederland werkt bijvoorbeeld in zogenaamde contactberoepen, zoals de zorg, of beroepen die ze niet vanuit huis kunnen doen, zoals in de schoonmaak, logistiek of bouw. #Blijfthuis is voor hen geen optie. Veel van deze beroepen zijn bovendien vitale beroepen. En dan zijn mensen in sociaal ongunstige situaties ook nog eens vaker aangewezen op het openbaar vervoer, waar voldoende afstand bewaren moeilijk is.

Chronische ziekten en taalvaardigheid

Tegelijk komen chronische aandoeningen als suikerziekte, hart- en vaatziekten en longaandoeningen meer voor bij mensen met een migratieachtergrond. Zij kampen vaker met chronische stress ten gevolge van migratie, slechte sociale leefomstandigheden en discriminatie. Ook lijken sommige etnische groepen extra gevoelig voor het ontwikkelen van suikerziekte of hoge bloeddruk. Inmiddels is duidelijk dat Covid-19 bij die onderliggende aandoeningen ernstiger kan verlopen.

Tot slot zijn het beheersen van de Nederlandse taal, geletterdheid, en digitale en gezondheidsvaardigheden van invloed op het kunnen begrijpen en toepassen van de adviezen en maatregelen rond het coronavirus. Iedereen wil zich houden aan de afspraken, maar dan moet je wel kunnen begrijpen wat er van je wordt verwacht. Er worden veel nieuwe en moeilijke woorden gebruikt zoals ‘intelligente lockdown’, ‘social distancing’ en ‘besmettingsgraad’. De richtlijnen van het RIVM en de overheid zijn zeer talig. Soms zijn maatregelen in het land van herkomst weer anders dan in Nederland, wat de onduidelijkheid en stress vergroot.

Inclusief onderzoek is essentieel

De recente cijfers van het CBS laten zien dat we de gevolgen van corona voor migranten en andere groepen in sociaal en economisch ongunstige situaties in kaart moeten brengen. Gelukkig wordt wetenschappelijk onderzoek gestart naar de impact van het coronavirus voor mensen met een migratieachtergrond en/of sociaal ongunstige leefomstandigheden. Deze onderzoeken vragen om specifieke aandacht en expertise, want vaak worden deze mensen nauwelijks vertegenwoordigd in onderzoek. Vragenlijsten zijn in te ingewikkeld Nederlands of alleen online beschikbaar. Inclusief onderzoek is essentieel; onderzoek waarin de stem wordt gehoord van alle betrokkenen.

De overheid heeft de afgelopen maanden ingezet op een one-size-fits-all beleid. Met man en macht en in een korte tijd proberen we met elkaar te zorgen dat we zoveel mogelijk mensen gezond houden, de IC’s niet overbelast raken en de economie langzaam weer op gang komt. Nu is het letterlijk van levensbelang dat we meer aandacht geven aan hen die door de corona-epidemie onevenredig hard getroffen worden. Meer middelen, inclusief onderzoek en beleid zijn nodig om de specifieke effecten voor groepen in sociaalongunstige situaties in kaart te brengen en een aanpak te ontwikkelen. Als we daar met elkaar niet in slagen worden de kloof tussen arm en rijk én de al bestaande gezondheidsverschillen nog groter.

Auteurs: directeur Patricia Heijdenrijk, adjunct-directeur Leon Noorlander en prof. dr. Maria van den Muijsenbergh, bijzonder hoogleraar Gezondheidsverschillen en Persoonsgerichte Integrale Eerstelijnszorg aan RadboudUMC en strategisch adviseur bij Pharos.

Naar boven