Een eigen weg vinden

De ontwikkeling van nieuwkomers is in grote lijnen hetzelfde als van de andere jeugd in Nederland. De leerlingen bereiden zich concreter voor op de volwassenheid, er is een grote invloed van leeftijdgenoten, ze geven seksualiteit een plaats , enzovoort. Wel worden al die ‘gewone’ ontwikkelingen beïnvloed door hun nieuwe situatie. Als je leerlingen uitnodigt om in de klas te delen over die eigen nieuwe ervaringen te delen kunnen ze steun vinden bij elkaar. Dit kan hen helpen bij het wennen aan het leven in een ander land.

In de Nederlandse cultuur wordt verwacht dat jongeren zich steeds minder laten leiden door verwachtingen van anderen en zelf richting geven aan hun leven. Bij nieuwkomers is dat lang niet altijd vanzelfsprekend. Ouders en andere familie hebben soms veel invloed op de keuze die jongeren maken. Veel nieuwkomers zijn, in tegenstelling tot het grootste deel van de Nederlandse jeugd, van huis uit religieus. Godsdienst geeft een aantal van hen extra houvast. Soms moeten ze erg wennen aan een samenleving waar staat en religie gescheiden zijn en waar mensen aangeven dat ze niet godsdienstig zijn. Dat is in sommige herkomstlanden volstrekt ongewoon.

Verschillende culturele kaders

Voor nieuwkomers in Nederland geldt dat zij te maken hebben met meerdere culturele kaders, bijvoorbeeld van klasgenoten, huisgenoten, buurtbewoners, docenten en begeleiders die uit verschillende landen en werelddelen kunnen komen. Ze kunnen te maken krijgen met verschillende en soms tegenstrijdige normen en waarden. Hoe groter de afstand is tussen waardestelsels die leerlingen vanuit huis meekregen en die van de nieuwe samenleving, hoe groter de inspanning die nodig is om ze te integreren.

Existentiële vragen

Leerlingen kunnen in Nederland ook voor het eerst te maken krijgen met vreemdelingenhaat en/of discriminatie. Dat kan leiden tot existentiële vragen die niet gemakkelijk te beantwoorden zijn. Bijvoorbeeld de vraag of ze er goed aan hebben gedaan om naar Nederland te komen. Dergelijke vragen kunnen heftige gevoelens opwekken. Door de mondialisering kan de invloed uit de herkomstlanden groot zijn. Hoeveel extra inspanning het ook kost om aan nieuwe ‘opdrachten’ te kunnen voldoen, een groot aantal leerlingen past zich volgens docenten in rap tempo aan en ervaart een nieuw evenwicht.

Adolescentie: een tijd vol veranderingen

Hoe de adolescentiefase er feitelijk uitziet, hangt sterk samen met de tijd waarin kinderen opgroeien en met de cultuur. Maatschappelijke welvaart maakte adolescentie in veel westerse landen een steeds langer durende periode, met ruimte voor de jongeren om te experimenteren. Traditionele plattelandsculturen, bijvoorbeeld in een land als Somalië of Syrië, verwachten van kinderen en jongeren heel ander gedrag dan wat in Nederland van hen verwacht wordt. Sommige leerlingen komen uit  landen waar adolescenten al op jonge leeftijd moesten werken. Maar soms liggen juist de verwachtingen op het gebied van onderwijs hoog, zoals bij sommige leerlingen uit Oekraïne. Een deel van deze kinderen volgt zelfs ‘dubbel’ onderwijs: in de ochtend het Nederlandse onderwijs en in de middag online onderwijs vanuit Oekraïne.

Een levensfase gekenmerkt door schipperen

Tijdens de adolescentie moeten jongeren hun eigen weg vinden en maken ze belangrijke keuzes over onder andere opleiding, werk, vrije tijd en relaties. Er wordt van hen verwacht dat ze richting geven aan hun eigen leven. Bij nieuwkomersjongeren spelen de culturele en religieuze achtergrond van hun ouders een rol. Zij moeten vaak schipperen tussen de opvattingen van de ouders en familie, religieuze invloeden, normen van leeftijdsgenoten, school en straatcultuur. Dit vraagt veel flexibiliteit. De jongeren moeten voor zichzelf bepalen in hoeverre zij de Nederlandse cultuur willen overnemen. Een extra complicatie daarbij is, dat een aantal van hen nog geen verblijfsvergunning heeft en daardoor te maken heeft met de dreiging teruggestuurd te worden.