Hoge (en realistische) verwachtingen

Veel ouders/verzorgers willen graag dat hun kinderen goede cijfers halen op school en stijgen op de maatschappelijke ladder. Tegelijkertijd wil je vanuit school zo realistisch mogelijke (maar zeker ook hoge) verwachtingen hebben van je leerlingen. Hoe doe je dit?

Vanuit de ouders

Een goede toekomst voor de kinderen is vaak het motief voor migratie. De opvoeders hebben hoge verwachtingen van de kinderen, zij moeten gaan slagen in het nieuwe land. Maar deze kinderen moeten vaak tegelijkertijd hun rol in het gezin vervullen en meehelpen in de opvoeding van jongere broertjes of zusjes. Ook vertalen ze nog wel eens voor hun ouders. Kinderen en ouders vinden dat vooral problematisch als het om moeilijke onderwerpen gaat zoals crisissituaties en een bezoek aan een specialist in het ziekenhuis. In een aantal gevallen, wanneer ouders zelf niet in staat zijn hun kind voldoende te ondersteunen in hun schoolcarrière maar wel veel van hen verwachten, kan dat leerlingen alsnog gaan belasten. Kinderen zijn en blijven loyaal aan hun ouders, waarderen hen en vallen hen zelfs niet af als ze negatieve gevoelens hebben.

Vanuit de school

Het geloof in je kunnen (teacher self efficacy) hangt sterk samen met de ontwikkeling van het geloof in eigen kunnen van de leerling (child self efficacy). Allereerst is het belangrijk om te beseffen dat er sprake is van onbewuste mechanismen, in je eigen brein. Het is niet waarschijnlijk dat je bewust lagere verwachtingen hebt van je leerlingen. Het is niet zo dat je bepaalde leerlingen minder gunt, of dat je denk dat sommige leerlingen het niet in zich hebben te kunnen leren. Verwachtingen zijn vaak gebaseerd op factoren als talent, thuismilieu en werkhouding. Deze verwachtingen blijken bovendien hardnekkig te zijn. Als een leerling eenmaal op basis van deze factoren een plek heeft gekregen in de zogenaamde prestatiehiërarchie, stellen docenten dat niet zo gemakkelijk weer bij.

Jouw verwachtingen zijn van grote invloed op het leren, de motivatie en het zelfbeeld van je leerlingen. Dit kan leiden tot succes. Want ook kansengelijkheid begint bij hoge en realistische verwachtingen. Maar onrealistische of te lage verwachtingen geven stress, teleurstelling en een gebrek aan zelfvertrouwen. Je leerlingen gaan zich hier dan ook naar gedragen: een selffulfilling prophecy als gevolg.

Het gevoel van self efficacy van leerlingen wordt in de sociale context van het onderwijs enorm beïnvloed, in positieve en negatieve zin. Succeservaringen stimuleren het gevoel van self efficacy van leerlingen. Dit leidt tot zichtbaar beter gedrag en hogere leerprestaties. Onderwijswetenschappers doen al jaren onderzoek naar het fenomeen van self efficacy. De conclusie is steeds dezelfde: hoe groter het geloof in eigen kunnen bij leerlingen, hoe beter hun  leerprestaties en het welbevinden.

Tijd dus om eens kritisch naar jouw verwachtingen over je leerlingen te kijken. Heb jij hoge en realistische verwachtingen van ál je leerlingen? En van jezelf? En hoe laat je dit zien?

Wat kun je doen als docent of ondersteuningsteam?

  • Voor ouders en leerlingen is het Nederlands schoolsysteem nieuw. Ze hebben vaak moeite met vooruitkijken naar de toekomst van de leerling omdat ze geen overzicht hebben. De onrust die hieruit voortkomt kan je wegnemen door heldere informatie te geven. Bijvoorbeeld met behulp van een schema van het Nederlandse onderwijs of door duidelijke uitleg over uitstroomprofielen. Vaak weten ouders en leerlingen niet dat je ook via doorstroom van bijvoorbeeld mbo naar hbo het hoogste mogelijke diploma kunt behalen. Dit is voor hen belangrijke informatie, met name als een leerling vanwege een taalachterstand lager onderwijs volgt dan passend is bij zijn of haar capaciteiten. Je kunt de ouders en leerlingen uitleggen dat ze dit in principe later, als ze het Nederlands beter beheersen, kunnen inhalen.

  • Om af te komen van lage verwachtingen is het dus van belang om eerst objectief naar de leerling te kijken en uit te gaan van de talenten en potentie van de leerling. Daarnaast betekent het bewust werken aan hoge(re) verwachtingen van leerlingen vooral dat je hogere verwachtingen van jezelf hebt. Maak gebruik van deze zelfscan die je bewust maakt van hoe je kunt werken vanuit gelijke kansen.

  • Richt je vooral op wat leerlingen kunnen en laat hen daarmee succeservaringen opdoen. Sluit aan bij de ‘zone van naaste ontwikkeling’ van een leerling: daag ze uit in stapjes die passen bij hun ontwikkeling, de stapjes moeten niet te klein en niet te groot zijn. Realiseer je ook dat leerlingen per dag of week kunnen wisselen in wat ze laten zien of aankunnen (afhankelijk van hoe ze zich voelen).

Bronnen

Naar boven